Vaktijdschrift artikel: 'Hoe te ageren tegen het alomtegenwoordige Engels?'
- Véronique Verhelst
- 19 mei 2022
- 2 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 10 jun 2022

"Waarom zouden we dat doen?!" is mijn persoonlijke reactie. Ondanks dat Marjolijn Voogel, auteur van het artikel, hopeloze redenen zoekt om ons te overhalen vast te houden aan het Nederlands zoals het is, ben ik niet te vermurwen.
Het is mijn mening dat evolutie een van de meest natuurlijke gang van zaken is, het zorgt ervoor dat bepaalde tijdsperiodes hun charme vinden door de nostalgische gevoelens die we er later over koesteren.
De mooiste herinneringen zijn zo mooi omdat het herinneringen zijn: het eerste lief, de mega-getoupeerde kuiven in de jaren '80*, standaard een half uur wachten op je gezelschap zonder telefoon, vier volledige dagen wachten tot je brief toekomt en nog eens minimaal vier dagen wachten op het antwoord.
Bron: Levende Talen magazine 2020/3
Herinneringen die mooi zijn net omdat ze voorbij zijn. Maar willen we dit de jeugd allemaal opnieuw aandoen, wanneer we zo'n gemakkelijke oplossingen bedacht hebben: de digitale mogelijkheden, nieuwe relaties die we aanknopen na (hopelijk) geleerd te hebben van de vorige, meer fuiftijd door de minder arbeidsintensieve kapsels ...
Laten we de mensen het dan ook niet aandoen om het moeilijke Nederlands aan te leren met de vele moeilijke ongestructureerde klemtonen, onmogelijke G-klanken en pesterige inversies. Mocht Nederland en Vlaamstalig België conform het voorbeeld van Mao Zedong bij de start van de Volksrepubliek China in 1949 ook een vereenvoudigde versie van de taal geïntroduceerd hebben, zodat het begrijpelijker is voor het gewone volk, dan zou men niet zo snel gecapituleerd hebben naar het Engels.
De argumenten om het Nederlands te behouden in haar zelfde staat vind ik persoonlijk ondermaats: het feit dat de Nederlandstalige docenten op de universiteit slecht Engels praten, dat er bijgevolg nuances verloren gaan, dat het economische aspect van de betaalbaarheid van de opleidingen onterecht in een stiefmoederlijk daglicht geplaatst wordt, dat Nederlandstaligen niet trots zijn op hun taal ... Misschien beseffen de Nederlandstaligen net wel dat er meer zit in Nederlandse cultuur dan enkel de taal?
Ik ben blij dat ik dit vaktijdschrift heb leren kennen, via de tips van mijn docent, om te weten wat er leeft onder de Nederlands-geïnteresseerden. Dankzij het betoog van Marjolijn Voogel heb ik de vraag ook aan mezelf kunnen stellen: "Hoe belangrijk is het Nederlands in zijn huidige vorm voor mij?" Voor mij is er maar één eenvoudige conclusie mogelijk: het maakt mij niet uit of we een afspraakje een "rendez-vous" of "een mieting" hebben, zolang we maar verbinding maken, dat is de essentie van communicatie, toch?
De terechte vraag van de auteur gaat zeker en vast een dankbaar gespreksonderwerp vormen in een klasgesprek of in een individuele schrijfoefening voor de leerlingen, waarna ze elkaars mening kunnen leren kennen en er over kunnen debatteren met argumenten en drogredenen.
Weeral een fijne kennismaking met een interessante stelling dus!
Bucketlist: check!
*Een digestiefje na dit artikel voor degenen wiens gedachten nostalgisch zijn afgedreven:
of in pdf hieronder:
댓글